Bibliotheek (digitaal)

Veluwse boeren in opstand

Voorwoord

In het midden van de 14de eeuw is hertog Reinald III van Gelre in een felle strijd gewikkeld met zijn broer Eduard om de macht in Gelre. Reinald III belooft horigen en onvrijen op de Veluwe de vrijheid als zij zich inzetten voor zijn zaak. Dit is niet aan dovenmansoren gericht. Van alle kanten stroomt het landvolk toe. Boeren verlaten huis en akker, ook al zijn ze daar als hofhorigen niet toe gerechtigd. Allemaal gelokt door de belofte van vrijheid. Ze nemen de wapenen op om hun uitzichtloze bestaan te verbeteren. Als wapen dient alles wat ze maar bij de hand hebben; bijlen, knotsen, pijl en boog, speren en allerlei ander wapentuig, dat ze van akkergereedschap maken. In grote benden trekken de opstandige boeren de Veluwe over. Eindelijk kunnen en mogen ze wraak nemen op hun heren om daarmee hun vrijheid te veroveren. De boeren noemen hun strijd de "vrije oorlog". De ongeregelde verbitterde bendes storten zich op de zuidrand van de Veluwe, waar ze de woningen van de vrije boeren en de bijgebouwen van de kastelen buiten de grachten verwoesten en verbranden. Ze komen tot voor Arnhem in december 1354, dat de poorten voor hen sluit en zich op de verdediging voorbereidt. Het stedelijk bestuur wil zelfs gebruik maken van de nieuwe vuurwapens, maar omdat de stad niet over voldoende bussen en buskruit beschikt, koopt men in Utrecht en Rhenen bij. Holle stenen, met lood gevuld, worden als projectielen gereed gemaakt.

Kast
k
Info
Behandelt de boerenopstand op de Veluwe in 1354-1355
Plaats
Apeldoorn/Loenen

Op de hoogte blijven?

Schrijft u zich dan nu in en ontvang automatisch onze nieuwsbrief.

Top