Historische Vereniging Veenendaal. 1998. Luid- en begraafgelden te Veenendaal 1574-1812. Veenendaal. 312p.
Na een Inleiding en verantwoording wordt in een viertal bladzijden 'Begraven door de eeuwen heen' behandeld. Een van de begraafplaatsen was binnen de kerk, een plaats, waarover men van mening verschilde of dit wel de juiste was. Hierbij speelden idealistische en geestelijke motieven een rol, maar zoals altijd en overal, speelde geld ook een grote rol. Hoe meer de nabestaanden te besteden hadden, hoe zwaarder de klok en hoe langer die geluid kon worden. Sommigen gingen naamloos het graf in, maar dit gold niet voor jonker Botter, want van hem wordt vermeld 'Den 19en april [1688] begraven jonker Botter op het choor in de kerck en 3 poosen yder van een uyr met beyde de klocken geluyt.' Het volk zal het wel geweten hebben wie er overluid werd, want het zal een heel gebeier geweest zijn.
Op p8 en 9 worden in een staafdiagram de aantallen overluide doden (mannen, vrouwen en kinderen) per jaar over de periode 1575 tot en met 1676 gemeld. Op de grote verschillen wordt niet ingegaan. Zo is het jaar 1636 met zijn 226 doden een enorme uitschieter. Daarbij komen dan nog de niet-overluide doden. Woedde in Veenendaal dat jaar een pestepidemie?
Het grootste deel van het boek, nl. 254 pagina's worden ingenomen door gegevens betreffende overluide en begraven personen. Het boek eindigt met een verklarende Woordenlijst (2 pag.), een Register op voornamen (6 pag.), en een Register op patroniemen en achternamen (40 pag.). Uit het Register op voornamen kan men afleiden welke over de periode 1574-1812 populair waren. A.C.Z.