De naam Holevoet is al heel oud. De eerste aanwijzing is uit een belastingregister, het zogenaamde huisgeld, uit 1525[i]. Als eigenaar van een hofstede staat daar: Cors Petersz. Hier wordt nog geen naam genoemd. In een belastingregister uit 1536 staat bij dezelfde hofstede: Thonis Corsgens op 't Hoolvoet [ii]. Deze hofstede wordt later de herberg. Naast dit huis staat een andere hofstede, bewoond door Peter Corsgens, wellicht een broer van Thonis. Corsgens betekent Corszoon, dus wellicht zijn Thonis en Peter zoons van de bovengenoemde Cors Petersz. Er is geen bewijs voor, maar het ligt voor de hand dat na de dood van Cors Petersz zijn hofstede wordt verdeeld tussen zijn zoons Thonis en Peter. In 1536 staan er dus twee boerderijen op het gebied dat 't Hoolvoet wordt genoemd. Dit is de eerste keer dat de naam Holevoet wordt vermeld.
In 1800 was herberg Den Holevoet de stopplaats voor de diligence tussen Arnhem en Utrecht. De paarden werden er verzorgd evenals de inwendige mens.