Een bewijs dat de onder ll genoemde Gerrit een zoon van de “stamvader” Willem van Thiel was, werd niet gevonden. Gezien Gerrit van Thiel bij de doop van zijn oudste zoon als “Gerrit Willems van Thiel” werd ingeschreven, staat alleen vast, dat zijn vader een Willem was. Daar de oudste dochter de naam Mechteld ontving, kan echter vermoed worden, dat de Mechtelt van de Ham, die als weduwe van Willem van Thiel in 1714 een nieuw huwelijk aanging, inderdaad de moeder van Gerrit van Thiel is geweest. Waarschijnlijk heeft het echtpaar van Thiel zich pas later in Barneveld gevestigd; noch hun huwelijksintekening, noch de doop van hun zoon Gerrit (of andere kinderen) werd aangetroffen.
De naam van Thiel is in deze bronnen vóór 1730 slechts incidenteel genoemd. Zo tekenen op 23-07-1693 daar aan: Dirk van Dompselaar, zoon van Johan van D., “Scholtis des ampts Barnevelt” en Arnolda van Geurt van Tielen, “ontfanger te Nieuwkerk” (uit welk huwelijk 19-06-1707 te Barneveld een dochter is gedoopt, waarbij de ouders werden vermeld als “Dirk van Dompseler, scholtis en Arnolda van Thiel”).